-
1 kennis
I 〈 de (vrouwelijk)〉2 [besef, bewustzijn] consciousness3 [wat men geleerd heeft] knowledge ⇒ 〈 informatie〉 information, 〈 geleerdheid, wetenschappelijke kennis〉 learning 〈 in het bijzonder met betrekking tot de alfawetenschappen〉, 〈 technische kennis ook〉 know-how4 [verstand] 〈zie voorbeelden 4〉♦voorbeelden:1 kennis geven van iets • give notice of/announce somethingzonder (vooraf) kennis te geven • without (prior) noticekennis nemen van iets • take note of somethingiemand van iets in kennis stellen • inform/notify someone of somethingmensen met elkaar in kennis brengen • introduce people to each othermet kennis van zaken • expertly2 zij is weer bij kennis gekomen • she has regained consciousness, she has come roundbuiten kennis zijn/raken • be unconscious, lose consciousnessparate kennis • ready knowledgeII 〈 de (mannelijk)〉1 [bekende] acquaintance♦voorbeelden:een oppervlakkige kennis • a casual acquaintance -
2 learning
n. studie; diepgaande kennis; leren[ lə:ning]1 studie ⇒ onderwijs, het leren2 (wetenschappelijke) kennis ⇒ geleerdheid, wijsheid 〈 in het bijzonder met betrekking tot de alfawetenschappen〉 -
3 scientific asset
wetenschappelijke aanwinst (wetenschappelijke rijkdom, technologische kennis) -
4 scientific applications
wetenschappelijke toepassing (gebruik van kennis voor wetenschappelijk onderzoek) -
5 science
science [sjãs]〈v.〉♦voorbeelden:1 science du beau • esthetiek, schoonheidsleerscience de l'être • ontologiele monde de la science • de wetenschappers, de wetenschappelijke wereldscience de la vie • biologiesciences appliquées • toegepaste wetenschappensciences exactes • exacte wetenschappensciences humaines • menswetenschappensciences naturelles • natuurwetenschappensciences physiques • fysica, natuurkundesavoir qc. de science certaine • iets zeker wetenscience fondamentale, pure • zuivere wetenschap1. f1) wetenschap2) kennis2. sciencesf pl -
6 Erkenntnis
-
7 technological gap
technologische kloof (gebrek aan industrie-instituut, gebrek aan wetenschappelijke technologische kennis) -
8 savant
savant [saavã]1 geleerd ⇒ knap, kundig3 bekwaam ⇒ bedreven, handig♦voorbeelden:société savante • wetenschappelijk genootschapj'en parle savamment • ik spreek uit ervaring, met kennis van zakenun savant • geleerde, wetenschapperadj1) geleerd2) bekwaam, deskundig4) ingewikkeld
См. также в других словарях:
Salomon Müller — (* 7. April 1804 in Heidelberg; † 29. Dezember 1863 in Freiburg im Breisgau) war ein deutscher Naturforscher und Zoologe. Inhaltsverzeichnis 1 Herkunft und Ausbildung 2 Expedition nach Ost Indien … Deutsch Wikipedia
Мюллер, Саломон — Саломон Мюллер нем. Salomon Müller Дата рождения: 7 апреля 1804(1804 04 07) Место рождения: Хайдельберг Дата смерти … Википедия
Nepenthes tentaculata — A climbing plant with upper pitchers from Mount Kinabalu Conservation status … Wikipedia